Limburgse taal
Veel verschillende dialecten
Wat wij Limburgs noemen is in feite een verzameling van vele, verschillende Limburgse dialecten. Er wordt wel gezegd dat ieder dorp in Limburg zijn eigen dialect kent en heel erg overdreven is dat niet. Wie met een dialect is opgegroeid kan vaak feilloos horen of iemand anders uit dezelfde plaats komt dan wel van een paar kilometer verder. Maar die verschillen zijn ook weer niet zo groot dat men elkaar niet verstaat. Taalwetenschappers hebben uitgevist dat er een stuk of vijf hoofdstromen in Limburgse dialecten te onderscheiden zijn: van het Ripuarisch zoals men dat in Kerkrade en omstreken spreekt, via het Oost-Limburgs, Centraal Limburgs tot het West-Limburgs, dat zich tot in België uitstrekt. En dan is er in het bovenste stukje van de provincie nog sprake van het Kleverlands dialect. Onze provincie wordt met andere woorden van Noord naar Zuid doorsneden door verschillende taalgrenzen, ook wel isoglossen genoemd. Maar hoe verschillend al die dialecten ook zijn, ze hebben één ding gemeen: ze lijken in de verste verte niet op het standaard Nederlands zoals dat op radio en televisie gesproken wordt. Dat schept een band